Navigation bar
  Print document Start Previous page
 1 of 3 
Next page End 1 2 3  

Een avondje uit, uit Vrouwen tegen de verdrukking in, De Bonte Was, 1979
1
Een avondje uit
*
Dinsdagavond, 18 mei 1976.
We zitten te eten. Marie José belt op. Ze heeft net vanuit 'Haagse Kringen' gehoord dat
de Bloemenhove-kliniek vanavond om 8 uur gesloten gaat worden. Verder weet ze er
ook niets van, maar het schijnt wel echt en erg te zijn.
Ik kijk op m'n horloge, over een uur dus. Waarom gebeurt zoiets toch altijd als je net aan
tafel zit en geen zin hebt?
Ik bel Hillie om te overleggen. Eigenlijk kan ik me niet voorstellen dat het allemaal zo'n
vaart zal lopen. In gesprek.
Even later belt ze zelf op. Ze heeft net een telefoontje uit de Bloemenhove-kliniek gehad
met hetzelfde verhaal. Ze zijn daar behoorlijk in paniek, het schijnt dat een duits
echtpaar een klacht heeft ingediend bij de politie dat ze slecht behandeld zijn. Het lijkt
wel een soort provokatie.
We moeten er dus toch maar heen, stel je voor dat het echt waar is, misschien kunnen
we iets doen.
Jantien en Rita, die ook aan tafel zitten, willen wel mee. Ze gaan met Jantiens auto, ik
haal eerst de videoapparatuur op en dan Hillie. Nog snel probeer ik een paar andere
vrouwen te alarmeren.
Ik voel me net een personage uit een amerikaanse politie-serie terwijl ik op twee wielen
door de bocht scheur. Op de Herengracht aangekomen ben ik het huisnummer vergeten
van het huis waar de video klaar staat. Stoppen bij een telefooncel, opzoeken, allemaal
tijdverlies.
Dan naar Hillie. We maken een dodenrit door de stad door alle rode stoplichten heen,
richting Haarlem. Voor dit soort gelegenheden hoor je een zwaailicht op je auto te
hebben.
Gelukkig weet Hillie de kliniek te vinden, ik ben er ooit eens een keer geweest, anders
hadden we vast vreselijk moeten zoeken.
We stormen de hal binnen. Mieke en Marta hebben de race met glans gewonnen. Ze
staan een beetje verloren in de grote wachtkamer met wat andere mensen,
personeelsleden van de kliniek, schoonmaakpersoneel. Ook zijn er een paar heren van
de pers die Hillie nog heeft gewaarschuwd.
Het schijnt dat de officier van justitie, Mr. Andreae, al gearriveerd is. Niemand weet wat
er gaat gebeuren, we staan wat te staan, ik voel me tamelijk overbodig.
Er gaat een deur open en een stoet van acht heren, vooraf gegaan door Dr. v. d. Bergh,
de 'medies coördinator' van de kliniek, loopt door de wachtkamer langs ons heen een
andere deur in. De laatste van de acht ziet er wat anders uit, hij heeft een opengeslagen
boord en een tas met gereedschap in de hand. Een timmerman?
Wat gebeurt er in godsnaam? Iemand zegt dat ze de behandelkamers gaan verzegelen,
wat dat dan ook mag betekenen.
Hillie loopt, onder dekking van de videoapparatuur (altijd handig, het ziet er zo echt uit
en iedereen heeft ontzag voor een camera), ook de deur in waar de stoet door
verdween. Ik durf niet zo goed, loop wat aarzelend die kant op. Een onbekende jongen
(die naar later bleek er ook niets te maken had) houdt me tegen. 'Hier mag je niet door'.
Waarom weet hij niet. Dat stimuleert tot doorlopen. Ik kom in een lange gang met
deuren, zie in een kamer een aantal bedden staan, gedeeltelijk bezet. Een verpleegster
                                                
*
Overgenomen uit Vrouwen tegen de verdrukking in
Previous page Top Next page