Navigation bar
  Print document Start Previous page
 23 of 121 
Next page End 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28  

De Bonte Was, VROUWEN OVER HULP BIJ ZIEKTE EN PROBLEMEN, Amsterdam 1978
23
grond van hun positie en hun ervaring een markante plaats innamen en dat zij vervolgens tot
dienstbodes in eigen huis werden gedegradeerd.
Uit 1609 zijn de 'Observations divers sur la stérilité' van Louise Bourgeois. De
Brandenburgische Hof-Wehe-Mutter van Justine Siegemundin-Diettrichin is ook uit 1609. Het
talloze malen herdrukte en veelvuldig vertaalde Rosengärtlein, ook door een vrouw geschreven,
is uit dezelfde tijd. Daarna wordt het stil. Want van de talloze kundige, toegewijde
vroedvrouwen die het leven langzaam maar zeker onmogelijk wordt gemaakt, weten we vrijwel
niets.
Maar gelukkig is er zo nu en dan een doodenkele uitzondering. De samenleving was nog niet zo
georganiseerd dat aan alle door de overheid uitgevaardigde regelingen strikt de hand kon worden
gehouden, en daardoor kon de ongediplomeerde geneeskunde een tijd lang naast de officiële
geneeskunde blijven bestaan. Tussen 1693 en 1745, toen ze op haar 90ste jaar stierf, werkte in
Hallum in Friesland onopgeleid en ongediplomeerd een vrouw Schraders als verloskundige.
Waarschijnlijk heeft ze het vak geleerd in de praktijk van haar man, die chirurgijn was. Na zijn
dood in 1693 begon ze een vroedvrouwenpraktijk, waarvan ze een dagboek heeft bijgehouden.
Van de 4000 bevallingen waarbij ze heeft geholpen hield ze nauwkeurig aantekening, in de hoop
dat andere vrouwen daar nog eens iets aan zouden hebben. 'Memoryboeck van de Vrouwens'
noemde ze dat dagboek. Hier volgt een stukje.
'den 10 feberwar benick tot nykerck gehalt by wattse Iennema dij vrouw was Alltie Jouwkes
geheeten sy versogt my om haar te bedinen mar lit my sitten en haalde een vroetvrouw van
morre dy 3 daagen met haar om marrtelde dy gaf haar over an de vroetmeyster dockter van den
berrg dy seyde hey moste het kint de arrmen en beenen of setten hey nam haar vor doodt an en
hey seyde het kint war all doodt don wirde ick in stillte gehalt doen ick qwam was er een grott
geschrey van man en vrinden ick ondersogt de saack vermoede icker well kans to saag de vrouw
was seer afgematt. Ick leyde haar in een warrem bedt gaf haar een koppie kandel gaff haar ock
daarme watt in, lit de buren na hus gan dat dy haar wat uytrussten souwden. Een ur dar nae
begonnen haar chraagten weer wat an te wackeren en ick lijt de buren weer haalen. En naedat ick
de baarende vrouw geplatzt hade hoorde het den dockter dy don an myn syde qwam sitten Ick
schickte het kint tot de geborte en in een hallef kartir ürs kreg ick een levendige dochter en ick
seyde tot dijn dockter sij hijr u doode kint tot beschaminge van hem hey docht dat hondert gull
an te verdinen de vrinden en büren waren seer verwondert de moeder en het kint waren seer wel
in staat.'
De laatste aantekening in het dagboek is van 7 februari 1745 en luidt:
'by Ype Backer syn vrouw gehalt Bevont dat het waater al weg was, dat het qwalich lag de
voeties omhog in de syde, kerde het met het Ersy vor en most so dubelt geboren worden met
grotte vorse. Een dick vet grott kint. Een dochter aike de moeder en het kint varen wel de Heer
sy gedanckt.'
En de geschiedschrijvers van de geneeskunde mogen zich erover verwonderen dat deze vrouw,
die nauwelijks kon spellen, de kering op de stuit (met het Ersy vor) uitvoerde, een handgreep die
in die tijd vrijwel onbekend was en in de officiële mediese praktijk niet werd toegepast.
In het andere kamp placht het minder tussen neus en lippen te gaan. De verlostang bijvoorbeeld
was vanaf het midden van de 17 e eeuw bekend. Die tang moest uitkomst bieden als bij de
geboorte komplikaties optraden doordat het kind vast kwam te zitten omdat het verkeerd lag of
omdat het bekken van de moeder vergroeid was. De dokters van de Engelse Chamberlainfamilie
waren de eersten met de tang. Ze hielden het ontwerp angstvallig geheim. Ze kwamen
http://www.purepage.com Previous page Top Next page