Navigation bar
  Print document Start Previous page
 121 of 121 
Next page End 116 117 118 119 120 121  

De Bonte Was, VROUWEN OVER HULP BIJ ZIEKTE EN PROBLEMEN, Amsterdam 1978
121
Ik: Heb jullie het idee dat als jullie zouden gaan trouwen of een man in huis nemen, dat
het dan afgelopen zou zijn?
Ina: Ja zeker, dat heb ik helemaal bij ondervinding meegemaakt.
Truus: Weet je wat het is, ik geniet er nog dagelijks van zo alleen met de kinderen. Als je
weg wil, hup dan ga je weg. Als Tinie zegt, ach meid blijf toch eten met de kinderen, dan
kan je dat niet doen als je een man hebt. Want dan moet je op tijd thuis zijn, het eten
moet op tijd klaar zijn. En nu ben je helemaal vrij, je doet en je laat wat je wil. 
Truus: Ik mis niks. Ik heb al die jaren wat gemist.
Ina: Ik kan m'n geluk niet op nou dat hij weg is en dat dit achter de rug is. O, die eerste
weken, ik dacht wat zal ik eens gaan doen. Ik ben aan het schilderen gegaan en aan het
knutselen. Rotzooi maken wat je wil, je hoeft nergens rekening mee te houden.
Tinie: Nee hoor, nooit meer. Als ik wat zou beginnen, dan moest hij er begrip voor
hebben, bij wijze van spreken.
Ina: Drie maal is scheepsrecht, ik hoop dat ik nou geleerd heb.
Truus: Ik had dus ook een vriend, we gingen wel gezellig uit toen ik in 'Blijf' zat maar
hoe meer het de richting naderde dat het huis kwam begon hij ook al eisen te stellen. Hij
wou bij me in huis trekken, hij wou alles eiken nemen, wou gordijnen voor de ramen en
ik denk bij me eige, wat krijgen we nou hè? Ja, en hij wou wel trouwen. Dat was ook
beter voor de kinderen; en hij heeft een eigen zaak en geld. Ik denk, O, dan zit ik weer
met een molensteen om m'n nek. Nou dat heb ik dus ook afgekapt. Ik denk Truus blijft
mooi in d'r eigen hut en je zoekt het maar lekker uit.
http://www.purepage.com Previous page Top Next page