Navigation bar
  Print document Start Previous page
 119 of 121 
Next page End 114 115 116 117 118 119 120 121  

De Bonte Was, VROUWEN OVER HULP BIJ ZIEKTE EN PROBLEMEN, Amsterdam 1978
119
vrij. Ik zeg, ik moet overal verantwoording voor afleggen, ik zeg dat kan ik niet meer.
Nou ja, dat kon er bij hem dan niet in. Hij zegt, je kan gaan en staan waar je wil. Ik zeg,
ja, maar ik moet wel een briefje neerleggen, ik zeg, je moet toch weten waar ik ben. Ja,
want als jij bij Tinie een kopje thee aan het drinken bent, en je legt dan een briefje neer,
dan kom ik toch ook daar naartoe., Ik zeg, wie zegt dat ik jou bij Tinie wil hebben, ik
zeg, als ik naar Tinie ga om daar thee te drinken dan wil ik jou toch niet achter me aan
hebben. Ik zeg, ik vind het gewoon gezellig om op visite te gaan, nou en dat snapte hij
allemaal niet. Dat vond hij maar raar want hij hoorde dan ook overal bij. Nou ja, dat zag
ik helemaal niet zitten en doordat zij met me gesproken hadden, en Eveline 's avonds
vaak, want die heeft een heel andere kijk op zulk soort dingen, ze wil dan wel trouwen
maar het kind op haar eigen naam, en met haar kan ik ook wel lekker babbelen.
Truus: Ja die heeft natuurlijk ook veel geleerd in 'Blijf van m'n Lijf'. 
Ina: En dat vertelde ik tegen Frans ook wel, en vandaar kan ik me ook wel indenken dat
hij vindt dat Eveline te veel heeft zitten babbelen. En dat hij zegt: daarvoor moet je mij
niet meer en het is Eveline d'r schuld. Hij zou Eveline wel eventjes komen opzoeken, hij
is trouwens niet meer geweest.
Truus: Laat hem maar opkomen, dat is nooit weg.
Ina: Ik heb nou drie weken niets meer van hem gehoord, na die dreigementen.
Ik: Hoe doen jullie dat met de kinderen, jullie hebben er drie en jij hebt er twee.
Truus: Ja, we hebben dat wel zo'n beetje geregeld, nou gaan Tinie en Eveline naar de
Weight Watchers, die gaan afvallen, nou en dan pas ik weer op de kinderen van Tinie.
Ina: Nou, en het is vaak zo dat wanneer ze de stad in zijn; ze bellen en zeggen, ik kan
niet op tijd thuis zijn, wil jij de kinderen even opvangen. Wel ja hoor, dan komen ze bij
mij een boterhammetje eten, of wanneer je het van tevoren weet kun je wat regelen. Dat
gaat over en weer. Zoals nu heb ik Brigitte de hele dag bij een buurvrouwtje beneden.
Dat is zo'n kleintje.
Ina: Soms blijven de kinderen van Truus hier een weekendje slapen, hartstikke leuk.
Truus: Als de kinderen slapen ga ik wel eens een uurtje naar Tinie, en ze weten dat als ze
wakker worden en ik ben weg, dat ik dan bij Tinie ben maar ik heb nooit last met ze.
Ina: Dat had ik nou helemaal niet kunnen als Frans er nog was. 
Tinie en Truus: Nee, dat had je ook niet. Geen sprake van!
Ina: Hij gaf me zo'n plichtsgevoel over me, want als je niet op tijd thuis bent voor je
kinderen en als je zomaar een ander voor je laat oppassen, dan verwaarloos je de
kinderen. Want je hoort er altijd te zijn als de kinderen er zijn. Maar dan zou je nooit
eens weg kunnen gaan.
Tinie: Dan kun je beter in de Bijlmerbajes gaan zitten. Maar wij zijn dan wel waardeloze
moeders.
Truus: Dan zijn wij helemaal ontaard.
Ina: Ja, zo formuleerde hij dat ook. Ik zeg en zij dan? Nou, zegt hij, die verwaarlozen hun
kinderen ook.
Tinie: En de eerste keer dat ik bij jou was en ik zei, ik moet naar huis voor de kinderen
toen zei hij ach die kinderen, die komen wel. Zo zat ie dan weer tegen mij te kletsen. Jij
met je kinderen, je leeft voor je kinderen, zo zat ie dan weer tegen mij. En dan achter
onze rug kletsen dat we waardeloze moeders zijn.
Truus: Ach, dat is gewoon bezitsdrang.
Ina: Maar nu ik dat briefje niet wil ondertekenen is het wel duidelijk voor hem geworden.
Hij had z'n woning namelijk verhuurd aan een stel jongelui en tegen ze gezegd dat hij
niet meer op de woning terug zou komen. Ze zitten er al een half jaar in. Maar nu kreeg
ik een briefje en daar stond in dat hij zolang, die en die tijd,gastvrijheid aan die jongelui
http://www.purepage.com Previous page Top Next page