FEMINIST 3, teksten Anneke van Baalen & Marijke Ekelschot, Illustraties Annet Planten.  
Amsterdam 1982, De Bonte Was 
 
40
 
Doorzetten dames! 
 
Het zal wel begonnen zijn omdat veel vrouwen de mediese wetenschap als patriarchaal, 
vrouwvijandig, opvatten. Dát onderdeel van die wetenschap, dat zich bezig houdt met 
anatomie en fysiologie - dus met de onderdelen van het menselijk lichaam en de onderlinge 
verbindingen- wordt duidelijk diep gewantrouwd. Steeds meer vrouwen geloven dat de 
heren medici belangrijke informatie achterhouden, informatie die eventueel zelfs een eind 
aan de vrouwenonderdrukking zou kunnen maken. Vrouwen hebben dan ook besloten het 
onderzoek in eigen hand te nemen. Ze weten dat er nog diep in haar iets moeten zitten, nl. 
HET ZELF. 
Maar hoe zoek en vind je HET ZELF
? De moeilijkheden zitten dan ook op het ogenblik 
vooral in een niet aflatende metodenstrijd. Een paar jaar geleden begon een groep met 
spekulums, in de hoop dat zij, door vrouwen via de vagina van binnen te bekijken, HET 
ZELF 
zouden kunnen zien zitten (of liggen). Andere vrouwen wilden een (dode) vrouw 
maar eens helemaal uit elkaar peuteren, om zo HET ZELF
 te kunnen opsporen, maar dat 
voorstel werd rigoureus van de hand gewezen als een 'typiese vorm van mannelijke 
gewelddadige aanpak', en ook nog gekritiseerd omdat genoemde groep een dood beeld van 
HET ZELF
 had, in plaats van een levend.  
Weer een andere stroming wees steeds nadrukkelijker op het foute uitgangspunt van beide 
bovengenoemde groeperingen: HET ZELF was niet iets wat je kon zien, maar iets wat je kon 
voelen. Het was volgens hen dan ook idioot om een konkreet bewijs van HET ZELF op te 
sporen. Je moest er gewoon vanuit gaan dat het er was en dat - als je volgens de juiste 
metode te werk ging - het bewijs vanzelf kreeg doordat je het van binnen voelde. Tevens 
zeiden zij dat de totalitaire opvattingen over HET ZELF
 hen niet bevielen: 'HET ZELF is bij 
iedere vrouw anders; je kunt dus beter spreken van HET ZICHZELF'. Zij publiceerden 
verslagen van vrouwen over de speurtocht naar HET ZICHZELF; over hoe ze er alsmaar 
dichterbij kwamen, maar dan weer door de verkeerde normen en waarden te hanteren én 
doordat ze niet echt vertrouwden op de aanwezigheid van HET ZICHZELF, er vandaan 
gedreven werden. Die verslagen werden met zo'n entoesiasme gepusht dat talloze vrouwen 
zich juist bij deze stroming aansloten. 
En zo ontstonden er ook groepen die met elkaar gingen zoeken, wederzijds helpend in het 
HET ZICHZELF
 zoekende proces; gebruik makend van warmte, tederheid, steun, 
aansporingen en tranen, zeer veel tranen - als uien waren zij elkaar behulpzaam in het 
zelfpelproces; laag na laag werd afgepeld, rotte plekken doorgenomen, op zoek naar de 
gave kern. En als het allemaal erg pijnlijk werd dan riepen ze elkaar aanmoedigend toe 
'pijn is fijn!' 
Deze toch wat polikliniese aanpak werd door weer andere groepen vrouwen gekritiseerd. 
Zij vielen de analyse van de zelf-pelgroepen niet zozeer aan, maar zij voegden er iets aan 
toe. Volgens hen was het weliswaar juist dat HET ZICHZELF uiteindelijk voelend ontdekt 
kon worden, maar dat daarvoor toch een eerste vereiste was: een gedegen training in het 
voelen. Er werd volgens hen gewoon verkeerd gevoeld; iets wat kon verklaren dat zoveel 
vrouwen halfgepeld uit haar groepen vertrokken en zich zelfs vaak tegen de 
zelfpelbeweging keerden. 
Sommige vrouwen wilden zelfs zover gaan dat zij HET ZICHZELF en HET VOELEN gelijk 
stelden - waarop zich een brede diskussie ontspon over 'of 
HET VOELEN
 gevoeld kon