Navigation bar
  Print document Start Previous page
 10 of 14 
Next page End 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14  

geschiedenis, verslagen, actieteksten Vrouwen Tegen Uitzetting, 1996-2002
10
VERKLARING OVER OORLOG EN VROUWELIJKE VLUCHTELINGEN
Wij, vrouwen uit Afghanistan, Azerbeidzjan, Burundi, Ethiopië, Eritrea, Iran, Irak, Koerdistan,
Kongo, Liberia, Nederland en Rwanda, bijeen gedurende de Zomerschool van VTU, in
Amsterdam, van 1 tot 6 augustus 2000, verklaren het volgende:
Vrouwelijke vluchtelingen bevinden zich in dit land in een nogal verwarrende en cynische
situatie. Net als de meeste westerse landen is Nederland niet alleen een land dat
vluchtelingen ontvangt, maar heeft het ook een aandeel in de productie van vluchtelingen.
Want:
1. De productie van vluchtelingen is het gevolg van talloze oorlogen en burgeroorlogen die
worden uitgevochten met wapens die in westerse landen worden geproduceerd. De
wapenindustrie is niet geïnteresseerd in mensenrechten, in hoeveel mensen er worden
gedood, of in hoeveel mensen hun land moeten ontvluchten. De wapenindustrie is alleen
maar geïnteresseerd in hoeveel geld zij kunnen verdienen.
2. Ook andere westerse industrieën, gesteund door overheid en leger, zijn niet
geïnteresseerd in mensenrechten, in hoeveel mensen er worden gedood, of in hoeveel
mensen hun land moeten ontvluchten. Zij doen wat zij kunnen om de natuurlijke hulpbronnen,
de arbeid en de strategische punten, zowel militair als economisch, in de hele zogenaamde
Derde Wereld in handen te krijgen.
Overal ter wereld willen zij de arbeid van kinderen, vrouwen en mannen in bezit krijgen, in
Liberia willen zij rubber en een satellietbasis, in Sierra Leone diamanten, in Democratisch
Kongo diamanten en uranium, toegang tot Kongo via Rwanda en olie in Soedan, Iran, Irak en
andere landen in het Midden Oosten, oliepijpleidingen in Afghanistan, etc. etc. etc.
3. De economisch-militaire agressie van het Westen is, net als andere oorlogen en
burgeroorlogen, een mannenaangelegenheid. Verschillende groepen mannen bestrijden
elkaar overal, met of zonder wapens, in wisselende coalities, om macht te krijgen over
elkaar, over vrouwen en over kinderen. Intussen suggereren westerse landen dat hun
mannen geëmancipeerd, vredelievend en niet-gewelddadig zijn en willen zij ons laten geloven
dat het de niet-westerse man is die ongeëmancipeerd, gewelddadig, en anti-humanitair is.
4. Over de hele wereld zijn veel vrouwen het slachtoffer van oorlog, burgeroorlog, van strijd
tussen mannen en van de onbeperkte expansie van het westerse economische systeem.
Dat betekent niet dat vrouwen in het algemeen slachtoffers zijn. Vrouwen zijn sterk: zij
vechten voor hun rechten, zij vechten om te overleven in afschuwelijke situaties en zij
steunen elkaar.
Maar er zijn ook veel vrouwen die de voortdurende strijd van (hun) mannen ondersteunen.
Deze vrouwen bewonderen en stimuleren in mannen het soort gewelddadige gedrag dat zij
voor zichzelf en andere vrouwen afkeuren.
Vrouwelijke vluchtelingen wilden hun land niet ontvluchten, maar ze moesten wel. Zij vinden
het niet echt prettig in een land te leven waar een dubbele moraal heerst, waarin
mensenrechten zowel worden gepropageerd als vernietigd. Zij hebben echter geen keus.
Maar wij hebben wel de keus onze stem te laten horen, zo hard en zo internationaal als maar
kan:
- STOP DE WAPENPRODUCTIE EN DE WAPENHANDEL
- STOP DE OVERHEERSING EN ONVERSCHILLIGHEID VAN MANNEN
- STOP DE UITBUITING VAN DE HELE WERELD
- STOP DE OORLOG
- WEES BLIJ EN DANKBAAR, WAAR EN WANNEER VROUWEN BEREID ZIJN  
CONFLICTEN OP TE LOSSEN DIE ZIJZELF NIET VEROORZAAKT HEBBEN. 
Amsterdam, 5/8/2000
Previous page Top Next page