De Bonte Was, VROUWENWERK, Amsterdam 1975
50
maar ik word er wel moedeloos van. Er wordt op onze af-
deling door onszelf (oplos)koffie gezet. Op een dag ben,
ik er als enig meisje en omdat ik in de gaten kreeg
dat het andere meisje en ik bijna altijd koffie zetten,
bedacht ik dat ik nu geen koffie zou zetten. Eén van
de heren komt na het verstrijken van de tijd naar me
toe en vraagt: 'Is er geen koffie?' Ik: 'Volgens mij is er
wel koffie, maar hij moet alleen even gezet worden.' De man
zet (zowaar) water op, maar afmaken, ho maar. Omdat ik de
ketel niet helemaal kapot wil laten branden maak ik 't maar
af voor de afdeling. Ze hadden uiteindelijk toch weer hun
zin.
DE VROLIJKE NOOT OP HET WERK
Enkele jaren geleden heb ik drie jaar gewerkt op een bedrijf
op Schiphol als een soort administratieve kracht. Meisjes en
jongens met dezelfde vooropleiding werden daar voor verschil-
lend werk aangenomen. De meisjes uiteraard voor het eenvou-
digste werk 'want ze gingen toch snel weg en/of trouwen'.
De direktie wilde toen nog niet inzien dat de meisjes snel
weggingen als het werk erg simpel bleef en niet het omge-
keerde het geval was. Op het bedrijf werkten ongeveer 75
mensen, waaronder steeds gemiddeld acht meisjes. Door de
onregelmatige diensten waren er per dienst ongeveer twaalf
mannen en twee meisjes aanwezig.
Dit was een korte situatieschets, nodig voor de volgende
punten die ik uit ga diepen: nl. de houding die de manne-
lijke werknemers aannamen t.o.v. de vrouwelijke werknemers
en het gedrag dat ik mezelf eigen ging maken.
Wij werden beschouwd als de vrolijke gezellige noot in de
dienst. Deze noot had het image dat ze 't lekker vond ge-
plaagd te worden. Dit image, ons door de mannen opgedrukt,
werd door de meeste meisjes (ook door mij) uiterlijk aardig
in stand gehouden. Je wist wel dat zij wilden dat je lachte
of een grappig-gevat antwoord terug gaf en als je maar noti-
tie van hen nam gaf je ze het gevoel dat ze interessant
waren. Eigenlijk reageerde je automaties... Het is nl. zo
dat het in principe best ontspannend is als er plagerijtjes
door de lucht vliegen. Maar als je dan het gevoel gaat krij-
gen dat je er steeds lachend en happig uit moet zien (aan
hun verwachtingspatroon voldoet dus) baal je er toch wel
snel van.
Een ongeschreven wet was dat je meisjes altijd vast mocht
pakken: 'dat vinden ze toch lekker en ze vragen erom' (?!)
Als op waarheid berustend grapje kan ik nog vertellen dat
ik sinds die tijd immuun ben voor het schrikgevoel dat je
altijd krijgt als je onverwachts in je middel vastgegrepen