Navigation bar
  Print document Start Previous page
 70 of 163 
Next page End Contents 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75  

MISDADEN TEGEN DE VROUW
, Tribunaal Brussel 1976. Diana Russell & Nicole Van de Ven, 1977
Nederlandse vertaling, De Bonte Was, Amsterdam 1977
70
grantenvrouwen hebben om ekonomiese redenen hun kinderen in hun geboorteland moeten over-
laten aan de zorg van een grootmoeder. Ouders die kinderen onder een bepaalde leeftijd niet mee
mogen nemen naar Zwitserland, brengen ze soms onder aan de andere kant van de grens en
bezoeken ze in de weekends. Het is niet moeilijk te raden naar de psychologiese, morele en
ekonomiese gevolgen van deze situatie.
Het gebrek aan voorzieningen maakt het leven van de immigrant erg moeilijk. Zwitserland aksep-
teert de immigrantenvrouwen wel als arbeidskrachten, maar is niet bereid hen te ontvangen als
moeders. Zwitserland is een van de landen met de meeste werkuren per week: 45 in de industrie,
46 in de handel, 50 en meer in ziekenhuizen, waarbij nog de tijd voor het huishoudelijk werk moet
worden opgeteld. Wij hebben hier een brochure in het Italiaans, Duits, Engels en Frans, getiteld:
'The Immigrant Women's Manifesto'.
Getuige 3: Zwitserland
Ik ben een Spaanse vrouw die geëmigreerd is in 1962. Toen ik 21 was ben ik naar Zwitserland
gekomen. Hier is mijn leven erg moeilijk geworden. Ik kwam in een land waarvan ik de taal niet
sprak, maar al na twee dagen ben ik aan het werk gegaan in een horlogefabriek. Twee maanden
later kreeg ik te horen dat ik stukwerk moest doen. Ik moest 3000 stuks onderdelen per dag
maken. Als ik minder afkreeg zouden ze alleen mij betalen voor wat ik had afgekregen. Om 3000
stuks per dag af te krijgen moest ik in een geforceerd tempo werken en zodoende werd ik gewoon
een machine.
In 1963 ben ik getrouwd. Na 3 dagen vrij ging ik weer aan het werk. Sinds die tijd ben ik dubbel
uitgebuit. Ik werkte 9 uur in de fabriek en 5 uur thuis. In 1964 werd mijn eerste dochter geboren.
De hele 9 maanden van mijn zwangerschap ben ik blijven werken in hetzelfde tempo. Ik werkte in
feite door tot het laatste moment. De dag begon om 5.30 uur en om 9.30 uur's avonds ging ik naar
het ziekenhuis. Toen mijn dochter 3 maanden was ging ik weer naar de fabriek. Omdat er geen
crèches waren moest ik mijn kind onderbrengen bij een Zwitserse familie. Ik moest ze 15% van
mijn loon betalen. Wij woonden in een huis zonder enig komfort. Voordat wij erin trokken was het
in gebruik geweest als stal. Er waren ratten en natuurlijk geen toilet. Jullie vragen je natuurlijk af:
'Hoe kon je zo leven? ' De reden was dat de bordjes kamers te huur daar nog bij vermeldden:
'Alleen voor Zwitsers; buitenlanders hoeven niet te reflekteren'. Omdat het huis niet te bewonen
bleek was ik gedwongen mijn dochter naar Spanje te brengen.
Hier in Zwitserland hebben de vrouwen geen sociale voorzieningen, laat staan de buitenlandse
vrouwen. Onze dochter bleef 2 jaar in Spanje. In die tijd zocht ik een ander huis en ander werk. Ik
ging werken in een fabriek voor elektronika, waar ik hetzelfde werk deed als de mannen, maar ik
kreeg er minder dan de helft van hun loon. Ik heb drie jaar in deze fabriek gewerkt. Als ik om
loonsverhoging vroeg zeiden ze nee, ik was een vrouwen kon daarom niet hetzelfde verdienen als
een man. In 1968 ben ik daar weggegaan omdat ze mij de verhoging waar ik om vroeg niet wilden
geven. Ik ging terug naar de horlogefabriek waar ik gedwongen werd weer stukwerk te doen. In
1926 wilden ze 3000 stuks per dag zien, maar in 1968 moest ik 7000 stuks maken. Om 3000 stuks
te maken moest ik werken zonder pauze. Om 7000 stuks te maken kon ik niet eens naar het toilet.
Dat is wat er gebeurt in een kapitalisties systeem, ze buiten je steeds meer uit. In de fabriek
werkte ik 45 uur per week, plus 10 uur reistijd, omdat de fabriek 15 km van ons huis ligt. Het
tijdschema van de fabriek is als volgt: het huis uit om 6.30 u, werken tot 12.15 u, weer beginnen
om 1.00 u, werken tot 6.00 u, wat totaal 9 werkuren wordt, en dan nog 2 uur heen en terug. Als ik
om 6.00 u thuis kom moet ik het huishouden doen. In totaal werk ik dus 16 uur per dag, dat is 96
uur per week. Dit doe ik al 13 jaar en ik kan zo langzamerhand wel meepraten over wat pure
uitbuiting is.
Door deze situatie kan ik niet goed voor mijn kinderen zorgen. (Ik heb 2 kinderen, 1 en 6 jaar oud).
Als ik werk blijft de oudste thuis tot de school begint, en de jongste breng ik naar de kleuterschool,
waar ik 400 Zw. franks moet betalen (f 390.-). Om dat te kunnen betalen moet ik 9 dagen werken.
Tegenwoordig diskrimineren de Zwitserse fabriekseigenaren vrouwen erger dan ooit. In bijna alle
fabrieken is 2 frank per uur van het vrouwenloon afgenomen (f 1,95) en vaak van werk veranderen
http://www.purepage.com Previous page Top Next page