Navigation bar
  Print document Start Previous page
 57 of 107 
Next page End 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62  

VROUWEN TEGEN DE VERDRUKKING IN, De Bonte Was, Amsterdam 1979
57
Gevecht aan het loket
We hebben in ons gezinnetje twee jongens, een tweeling. We woonden in Amsterdam en zouden
naar een dorp gaan verhuizen. Van de Amsterdamse spaarbank nam ik al het geld op dat we ooit
gespaard hadden. De rijkspostspaarbank is overal in het land, dus stapte ik daar heen om een
nieuwe rekening te openen. (Mijn man werkt dezelfde tijden als de banken dus neem ik alle
geldhandelingen buiten de deur waar voor ons gezin.)
Na een lange rij was ik eindelijk aan de beurt. Voor de jongens moesten twee formulieren worden
ingevuld en daar was ik, aan een tafel gezeten, wel even mee bezig. Weer sloot ik me achter de
lange rij van mensen aan. De tweeling sloopte ondertussen alle folderbakjes. Na een lange poos
wachten stond ik weer vooraan. Ik legde de twee formulieren en mijn pas voor de loketbeambte
neer.
De man keek ernaar met enige verbazing. Ik werd nieuwsgierig en boog zo dicht mogelijk naar het
glas vol gaatjes waardoor je spreken moest.
'U moet ze weer opnieuw invullen', zei de man.
'Hoezo?' vroeg ik en dacht aan mijn handtekening in de pas, die in de loop der jaren wat
veranderd was.
'De wettelijke vertegenwoordiger moet tekenen!'
'Maar ik ben de moeder van de kinderen', zei ik.
'Niets mee te maken, de man moet tekenen. U mag overigens ook geen geld van de
spaarbankboekjes afhalen. Dat moet uw man doen. U kunt ook steeds een formulier hier halen en
uw man laten tekenen; dan machtigt hij u.'
De rij achter mij was behoorlijk lang geworden, ik werd er zenuwachtig van. Ik zei tegen de man
dat ik toch ook altijd zelf het geld bracht en dat ik dus ook het recht van afhalen wilde.
'Het zijn de regels mevrouwen die kan ik niet veranderen.'
Nogal kwaad nam ik de twee formulieren mee naar huis. 's Avonds begon ik tegen mijn
echtgenoot mijn onvrede over dit alles te spuien. Tijdens onze huwelijksplechtigheid was er niet
eens meer gesproken over gezinshoofd, mompelde ik.
'Laat het geld op de Amsterdamse spaarbank staan', zei mijn man. 'Iedereen mag het daar
afhalen.' Dat was waar, een buurmeisje had voor mij een bedrag gehaald toen ik ziek op bed lag.
Geen machtiging, niets was nodig geweest, alleen mijn spaarboekje. Ik vond de afstand toch een
bezwaar en het loste mijn onvrede over dit alles niet op. De volgende dag besloot ik het
hoofdkantoor te bellen. Ik zette mijn situatie uiteen en mijn onvrede over de R.P.S. ten opzichte
van de moeders die ijverig spaarden en - als het er op aankwam - geen rechten hadden.
De man, erg vriendelijk gebleven, begreep het allemaal en zei nog wel een mogelijkheid te weten.
'Ik stuur u twee nieuwe formulieren toe en die moet u beiden tekenen.'
'Wat gebeurt er dan?' vroeg ik ademloos.
'Wel u beschikt dan allebei over de boekjes en kunt geld afhalen zoveel u wilt, zonder een
machtiging wederzijds nodig te hebben.' Zo gezegd, zo gedaan. Na een paar weken kwam een
grote envelop in de brievenbus, aan mij gericht, van de R.P.S., met daarin de spaarbankboekjes
van de jongens. Op de eerste bladzijde stonden de namen van de jongens en onderaan getypt
mijn naam als gemachtigde, met een stempel van de R.P.S. erop. Er zat een briefje bij, aan mij
gericht, over eventuele overboekingen van spaarbankboekjes naar beleggingsrekeningen.
Ik kon een gevoel van overwinning niet nalaten te uiten tegen mijn man. We hebben samen
vreselijk moeten lachen, omdat we eens hadden afgesproken nooit geld van de spaarrekening van
de jongens af te halen. Het was hun geld en ze zouden het nodig hebben later. 
Was alle drukte voor niets geweest, zullen sommige mensen zeggen. Nee, in mijn ogen niet; een
vrouw heeft mijnsninsziens evenveel rechten als haar echtgenoot. Het zijn namelijk ook die kleine
dingen die met elkaar een hoop onvrede in een vrouwenleven teweeg kunnen brengen. In ieder
geval in het mijne!
http://www.purepage.com Previous page Top Next page