De Bonte Was, VROUWENWERK, Amsterdam 1975
29
nogal geëmancipeerd voelde,d.w.z.
I.ik heb er geen moeite mee voor m'n eigen mening op te komen,
2.ik ben in m'n gezin de dominerende persoonlijkheid,
3.ik voelde me dus op mijn manier betrekkelijk vrij,
dat ik tijdens die V.O.S.-cursus me steeds meer bewust werd
van m'n beperkte vrijheid, en dat wat ik voor geëmancipeerd
had aangezien 't niet was! Kortom, m'n ogen werden wel ge-
opend met het gevolg dat ik in plaats van tevreden (zeg ge-
zapig) te zijn, ik hoe langer hoe ontevredener werd met m'n
situatie. Ik ging dingen zien waar ik voorheen als vanzelf-
sprekend aan voorbij ging, die me helemaal niet meer zo
lekker zaten. Ik ging mezelf eindelijk zien als een persoon-
lijkheid op zich, en niet langer als de vrouw van m'n man, de
moeder van m'n kinderen, dus 'n verlengstuk van de ander.
Als ik er nu op terugkijk hoe 't in mijn gezin was, dan heb
ik praktisch overal alleen voor gestaan,'t huishouden, onder
dikwijls heel moeilijke financiële omstandigheden, de zorg
voor de kinderen plus man, die 'n kind extra was, plus aller-
lei werk buiten de deur! Van kranten bezorgen tot schoon-
maakwerk, kantinehulp en aan de lopende band op 'n sigaret-
tenfabriek. En bij al dat werk had ik het gevoel: je doet
dat nou wel en we hebben het geld hard nodig,maar het
huishouden mag er niet onder lijden; sterker nog,ik had het
gevoel dat ik me ergens nog moest verontschuldigen dat ik
werkte. Ik heb, mede doordat ik zoveel kinderen heb, niet
zoveel moeite om mee te komen met de (zo heel andere)
gedachtegang van de jeugd. Maar om dat allemaal voor me-
zelf waar te maken is moeilijker. Ik doe nu mijn best in
gespreksgroepen, ontwikkeling nederlandse taal, engels en
maatschappijleer, om die ontstellende achterstand enigs-
zins in te halen. Maar 't gekke is ergens in m'n achter-
hoofd het gevoel van: mens, je bent nu 61 jaar, je bent te
laat voor al die dingen! Wie heeft daar nu nog wat aan!
Daar komt nog bij dat iedere keer als ik naar het Vrouwen-
huis ga voor 't een of ander, ik 'n schuldgevoel krijg dat
ik m'n man alleen laat. Ik..., Och ik schei uit met m'n
artikel. Je ziet ik heb nog steeds moeite om van mezelf
te houden.
VIND JE HEM DAN HELEMAAL NIET MOOI?
Toen ik met hem trouwde had ik er nooit over gedacht wat
een huwelijk inhoudt, dat ontdek je pas later. Het toe moe-
ten geven aan de verlangens van de man, ook als je zelf
geen zin hebt. De spanningen die ontstaan - je stiekem uit-
kleden en wassen omdat je niet wil dat hij trek krijgt. Het
afschuwelijke gevoel van walging soms als hij je nam en je
er zelf niet bij was. Eerst deed ik nog alsof, maar later