Navigation bar
  Print document Start Previous page
 102 of 111 
Next page End 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107  

De Bonte Was, MOEDERBOEK, Amsterdam 1976, feministiese uitgeverij de Bonte Was
102
bezig, eten mee en gaan weer naar hun eigen huis.
De kosten worden verdeeld naar het aantal kinderen dat iemand in het
kinderhuis heeft, waarbij een beetje op inkomen gelet is. Ieder doet,
wekelijks, zijn bijdrage in de huishoudpot. Hiervan wordt, buiten het
eten, ook de huur, gas en elektra etc. betaald. De ouders zorgen zelf
voor kleren, schoolreisjes en andere speciale uitgaven van hun kinderen.
Degene die de dienst heeft is op zijn/haar dag ook de enige waar de
kinderen naar toe stappen als ze iets nodig hebben, of die ingrijpt als er
iets mis loopt. Ik heb het zelf altijd heerlijk gevonden dat ik me niet
meer ieder moment, in alles, verantwoordelijk hoef te voelen voor de
opvoeding van Seth. Ik hoef niet steeds meer de konsekwente, niet
verwennende moeder uit te hangen. Ik kan nu een gedeelte van de
konflikten die ontstaan aan een andere ouder overlaten, waardoor ik
meer ontspannen tegenover Seth sta dan vroeger. Wel merken we alle-
maal dat de kinderen de neiging houden om bij hun eigen ouders het
meest te zeuren of te drammen, waarschijnlijk omdat ze weten dat die
zich het gemakkelijkst laten chanteren.
Om elkaar zo goed mogelijk op de hoogte te houden van wat er gaande
is onder de kinderen, houden we een soort logboek bij, waarin we
belangrijke dingen opschrijven, zodat de ouder die de volgende dag
komt meteen kan inspringen als dat nodig is. Toch blijkt dat de kinde-
ren veel van hun verhalen, probleempjes, bewaren voor het weekend,
voor hun eigen ouders. We missen een zekere kontinuiteit, maar hebben
hier nog geen oplossing voor kunnen vinden.
Eenmaal in de drie weken wordt er vergaderd. Eerst brengen de kinde-
ren de punten in die ze willen bespreken, daarna gaan de volwassenen
alleen verder. Op deze vergaderingen komen, behalve praktiese punten,
ook opvoedingsproblemen aan de orde. We proberen, al pratend, een
lijn te vinden van waaruit we, op ieder kind apart, reageren. Uiteraard
pakken die reakties in de praktijk dan nog behoorlijk verschillend uit,
omdat onze karakters nu eenmaal behoorlijk verschillend zijn. Wij be-
schouwen dit als een positief iets, aangezien de kinderen zo van jongs af
aan gekonfronteerd worden met een variatie aan meningen en ideeën.
Hierdoor leren ze vanzelf, dat de principes, de reakties van hun eigen
ouders niet zaligmakend zijn. Ze stellen zich wat relativerender op,
hebben meer referentiekaders.
Wel is het zodat, ook al vormen we als ouders geen homogene groep
mensen, we min of meer dezelfde maatschappijvisie hebben, wat betreft
scholen, relaties, politiek etc. Als dit niet het geval was zouden er
waarschijnlijk wel zeer regelmatig konflikten ontstaan rond de opvoe-
ding. Nu is dat eigenlijk vrijwel nooit het geval. Als er konflikten zijn,
dan betreffen die spanningen tussen volwassenen onderling, niet de op-
voeding van de kinderen.
De reaktie van de omgeving op het kinderhuis wisselt. Veel mensen zijn
in eerste instantie een beetje achterdochtig, vinden het allemaal maar
vreemd, denken dat we onze kinderen kwijt willen, dat het een vrijge-
vochten bende is. Maar ouders van vriendjes en vriendinnetjes van onze
kinderen, onderwijzers etc. gaan het na een paar bezoekjes meestal wel
leuk vinden. Niet om zelf aan zoiets te beginnen, maar ze aksepteren
het wel. Echt negatieve reakties zijn er niet veel, wel een grote afstande-
lijkheid!
Ik had zelf eerst ook nogal wat weerstand om er aan te beginnen. Ik
vond dat het best lekker ging met Seth en mij, en vooral, ik had de
indruk dat de ouders alleen uit 'egoïstiese' motieven in het kinderhuis
gestapt waren. om zelf meer vrijheid te krijgen, makkelijker te kunnen
werken e.d. Pas later realiseerde ik me, dat die motieven heel dubbel
liggen: wat was er eerder, de kip of het ei. Natuurlijk is het beter voor
ons, dus ook voor de kinderen, maar het omgekeerde geldt ook.
http://www.purepage.com Previous page Top Next page